Wat nou "vlinder"

                                   voor Tom Dumoulin

't Is fucking 26 jaar geleden
dat wij in het geel hebben gereden.
Qua geel staan we inmiddels rood
en dat is klote, Tom. Neet good.

Vlak daarna ben jij geboren.
Als het ware uitverkoren
voor deze rit, het stelt niks voor.
De eerste etappe van de tour:
gewoon een rondje rond de toren.
Je rijdt alleen. Er is geen ander.
Jij bent je sterkste tegenstander.

Tom. Gewoon keihard beginnen.
De benen wieken rond en rond.
Oerkracht uit je Limburgse grond.
Draaien de wieken sneller en sneller,
dan worden wieken tot propellers,
verslaan de kilometerteller.
In een kwartiertje ben je binnen.

De bijnaam die men jou toedicht
dat is: "De Vlinder van Maastricht."
Maar Tom, nee Tom, zo zie ik dich neet.
Die naam is ook voor 't buitenland.
The butterfly-fly of Maastricht...
het klinkt mij veel en veel te licht.
Vlinders, verwaaide bloemenkelken
die in wind en regen snel verwelken.

Maar jij ben een aerodynamisch dier.
Du moulin. Een zoon van wind.
Zoals jouw ruggengraat is gebogen,
het hoofd de diepte in, naar voren,
de donkere, diepgelegen ogen
de armen parallel naar voren
gestrekt als klauwen op de prooi.
Zo val jij voorwaarts als een kogel.
Als jij een dier bent - dan een vogel.
Ik noem jou de Valk van Maastricht.

Een sneller dier? Ik weet niet welke.
In 't Engels noem ik jou: Dutch Falcon.
Geboren de elfde van de elfde.
Als jij straks wint, blijft niets hetzelfde,
dan vieren wij hier carnaval.
Dus duik naar de meet in vrije val.
Vlieg van het bronsgroen eikenhout
voor Nederland naar geel en goud.


Alexis de Roode